zo glibberig als een aal 1.0
glad; ongrijpbaar; onbetrouwbaar; ook: wegloperig
Algemene voorbeelden
Cohen blijft zo glibberig als een Aal, net als Wallage hier in Groningen. Ze maken Nederland Kapot.
Een jongensachtige figuur, helemaal nat, maar glimmend, glibberig als een aal, opent de deur en komt naar buiten. Ik voel onmiddellijk een fysieke afkeer voor hem.